Petrus Josephus Hubertus Cuypers werd geboren op 16 mei 1827 in Roermond. Hij werd opgeleid in de geest van het toen heersende neoclassicisme aan de Kunstacademie in Antwerpen. Hij studeerde 3 jaar aan deze kunstacademie. In 1851 werd Cuypers tot stadsarchitect benoemd van zijn geboortestad.Tijdens studieriezen in het Rijnland bestudeerde hij de romaanse en gotische stijl. Deze laatste vooral in Keulen, waar de voltooiing van de Dom in volle gang was. De gotiek in iIle de France, het gebied van de grote kathedralen uit de tweede helft van de twaalfde en uit de dertiende eeuw, maar ook de vroege gotiek uit het Rijnland zag Cuypers als dé inspiratiebron voor een nieuwe kerkelijke bouwkunst. Hij had de wind mee: toen hij zijn loopbaan als architect begon, vond het herstel van de bisdommen in Nederland plaats (1853) en zette de katholieke emancipatie in.
Cuypers woont tot 1865 in Roermond en verhuisde daarna naar Amsterdam waar hij woonachtig was in een door hem zelf ontworpen pand aan de Vondelstraat. Inmiddels was Cuypers benoemd tot Rijksbouwmeester. Tot op hoge leeftijd bleef Cuypers actief als bouwmeester, tegen het einde van de 19e eeuw geholpen door zijn zoon Jos.Th.J. Zijn zoon is o.a. bekend als bouwer van de St. Bavokathedraal in Haarlem en de Effectenbeurs in Amsterdam. De grote Cuypers heeft niet minder dan 80 kerken ontworpen, waarvan er 68 zijn uitgevoerd. Zijn kerken zijn gebaseerd op archeologische studie van de Middeleeuwen en tevens op een strenge katholieke ideologie. Vernieuwing in bouwkundig opzicht bracht Cuypers ook door het opnieuw toepassen van de gotische constructiemogelijkheden, waarbij hij later ook modernde constructiewijzen en materialen toepaste. U kunt daarbij denken aan ijzerconstructies voor grote overspanningen en torenspitsen.
Zijn stelregel was het motto van de grote Franse kathedralenrestaurateur Viollet le Duc: “Iedere vorm die niet is aangewezen door de constructie moet worden vermeden”. Je zou kunnen zeggen dat Cuypers’ werk de kiem in zich draagt van de vernieuwing die onder Berlage een feit zou worden.
Reeds vanaf 1854 was Cuypers bevriend met J.A. Albertingk Thijm. Hij is de literator, de filosoof en kunstcriticus die bij uitstek deskundig was op het gebied van symboliek en iconografische samenhang van het kerkgebouw en zijn onderdelen. Cuypers en Thijm zagen het kerkgebouw als een geheel van architectuur, beschildering, beglazing, sculptuur en litirgische dispositie. Hiervoor diende één meester – als een Middeleeuwse ‘magister operum’ – verantwoordelijk te zijn. Daartoe werd in Roermond het atelier Cuypers-Stoltzenberg opgericht. Hier leverden ambachtslieden de aankleding van de kerken naar ontwerpen van de meester zelf. De St. Jacobuskerk in Den Haag geeft nog een volledig en duidelijk beeld van de opvattingen destijds van Cuypers en Albertingk Thijm.
P.J.H. Cuypers is ook beroemd geworden door drie belangrijkse profane bouwwerken: het Rijksmuseum en het Centraal Station in Amsterdam – beide in neoranaissance stijl – en het kasteel De Haar in Haarzuilens. Pierre Cuypers overlijdt op 94-jarige leeftijd op 3 maart 1921 in zijn geboorteplaats Roermond waar hij ook is begraven.
Op 5 September 2007 is het 115 jaar geleden (1892) dat de St. Vituskerk werd ingewijd door de toenmalige aartsbisschop van Utrecht Mgr. P.M. Snickers. De baksteen werd door hem als bouwmateriaal in ere hersteld. Wie in de Vituskerk eens goed rondkijkt zal zien hoeveel soorten baksteen in allerlei vormen en kleuren bij de bouw zijn gebruikt. Opvallend is, dat na de bouw van de kerk meer bouwwerken in Hilversum zijn verrezen, waarbij de keus van baksteen opvallend geleek op die van Cuypers.
Rond 1850 introduceerde Pierre Cuypers met zijn kerken de neogotiek in Nederland. Cuypers heeft in heel Nederland ca 100 kerken gebouwd of verbouwd waaronder ook meerdere RK kerken in de van oorsprong protestantse provincies Groningen en Friesland. In 1852 stichtte hij samen met Frans Stolzenberg een atelier voor kerkelijke kunst, dat een grote productie van kerkmeubels en beeldhouwwerken op zijn naam heeft staan. Ook in onze Vituskerk bevinden zich verschillende kunstwerken die uit deze werkplaatsen afkomstig zijn, zoals de Piëta, het Vitusaltaar en Antoniusaltaar en alle stenen beelden aan beide zijden van de kerk.
In de jaren 1890-1892 herbouwde Cuypers het kasteel Haarzuylens bij Utrecht, terwijl in diezelfde periode ook de Vituskerk werd gebouwd. Onze Vituskerk stamt uit de tweede periode van Cuypers oeuvre. H.J.A. Ehlert schreef in zijn scriptie uit 1976-1977, getiteld ‘Geschiedenis van de Bouwkunst’ het volgende: ‘Cuypers’ Sint-Vituskerk vertegenwoordigt een van de belangrijkste werken van de kerkelijke bouwkunst uit de periode van de neogotiek in Nederland”.
Voor meer uitgebreide informatie: architect P.J.H. Cuypers
Pierre Cuypers Architect 1827-1921
door Dr. Wies van Leeuwen
uitgave: Waanders Zwolle € 39.95
P.J.H. Cuypers(1827-1921)
Het complete werk
Uitgave: N.A.I. Rotterdam Ned. editie € 59,50
Schoonheid als hartstocht
door Ileen Montijn
uitg. Stedelijk museum Roermond ISBN 978 90 6611 636 8 € 17.95